Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Het overige nu der [37]geschiedenissen van Salomo, der eerste en der laatste, zijn die niet geschreven in de [38]woorden van [39]Nathan, den profeet, en in de profetie van [40]Ahia, den Siloniet, en [41]in de gezichten van [42]Jedi, den [43]ziener, [44]aangaande Jerobeam, den zoon van Nebat? 37. Hebreeuws, woorden. 38. Dat is, boeken of schriften. Deze nu hielden in de geschiedenissen van Salomo en Jerobeam, en zijn niet overgebleven, doch zonder nadeel van Gods kerk, zijnde de kanonieke Schrift, alzo zij ons van God nagelaten is, gans volkomen om ons volmaaktelijk te onderwijzen van al hetgeen, dat ons nodig is te geloven en te doen ter zaligheid. 39. Zie van dezen profeet 2 Sam.7:2. 40. Zie van dezen ook 1 Kon.11:29. 41. Van de profetische gezichten, zie Gen.15:1. 42. Zie van dezen onder, hfdst.12 vs.15, waar hij Iddo genaamd wordt, en hfdst.15 vs.1, waar hij heet Oded. 43. Versta, een profeet, wien God verborgen dingen door gezichten openbaart. Zie Num.12:6, en Num.24:4; 1 Sam.9:9. 44. Anders, van, of tegen.